Statement KAAP - Dalilla Hermans

Als kunstenorganisatie hebben we niet gereageerd op de commotie die gecreëerd werd rond de nieuwe job die Dalilla Hermans kreeg bij de stad Brugge. Nochtans is Dalilla bestuurder bij KAAP en is zij een actieve speler in de Brugse culturele wereld. Als kunstenares en schrijfster maakt ze theater, schrijft ze columns, proza en poëzie, …

We reageerden tot nu niet om twee redenen. Een eerste reden is dat elke reactie de polarisering versterkt en zuurstof geeft aan het vuur dat extreme groepen en partijen heel graag willen oppoken. Het zogenaamde woke-debat is geen echt debat, het is een reactionaire creatie van een vijandbeeld waarbij zelfs niet geheel duidelijk is waar de winst zit voor zij die het vuur aanwakkeren.

De tweede reden heeft er vooral mee te maken dat wij geen actiegroep zijn, geen politieke partij, maar een kunstencentrum. We staan niet los van het maatschappelijk debat maar ons wapen is de artistieke verbeelding en niet de ideologische of partijpolitieke polemiek. Onze basisfinanciering wordt gevormd door gemeenschapsgeld, we maken daardoor deel uit van het artistieke en culturele middenveld. We zijn onafhankelijk en laten ons niet recupereren. Niet door vakbonden, niet door politieke partijen, niet door actiegroepen. Het is onze opdracht om maatschappelijke urgentie te koppelen aan artistieke urgentie en om dat te doen binnen een context die hiervoor veilig en geschikt is.

Om die redenen hebben we evenmin gereageerd op de commotie die gecreëerd werd in Brussel waarbij gereageerd werd op het ramadan-beleid van onze gewaardeerde collega’s aldaar en hebben we niet gereageerd op de artificiële rel rond de foto’s in de inkom van de Arenberg in Antwerpen. 

Als kunst niet vrijblijvend wil zijn, dan confronteert ze de kijker met zichzelf en doet het kunstwerk ons eigen wereldbeeld in vraag stellen. Wie de kunst van de eigen tijd niet kan aanvaarden, aanvaardt ook die eigen tijd niet. Elke verbeelding, elk kunstwerk, is daarom politiek en meer dan ooit heeft elke vorm van politiek nood aan verbeelding. We willen het politieke niet reduceren tot de waan van de dag of tot het partijpolitieke en blijven er dan ook met overtuiging voor kiezen om te reageren met de instrumenten van de verbeelding en niet met statements op sociale en andere media. 

Maar soms worden lijnen overschreden en kunnen we niet anders dan toch een statement maken.

Wat de onzin rond de nieuwe job van Dalilla Hermans betreft werden de voorbije dagen meer dan één lijn overschreden. De fase waarin het gaat om botsende ideeën of andere wereldbeelden is niet langer aan de orde. Het moment waarop je een tegensprekelijk debat kan voeren, voor of tegen, is voorbij nog voor het mogelijk was. 

Wat hier gebeurt is onversneden racisme, haatspraak en tendentieuze framing van iemand die we kennen, waar we mee samenwerken. En dat moet stoppen.

We begrijpen de onzekerheid van velen, en delen die ook. De wereld verandert razendsnel en het lijkt alsof we elke controle verliezen, alsof alles wat we kenden en wat vertrouwd leek plots als los zand door onze vingers glipt. De enige zekerheid die we nog lijken te hebben, is dat er geen zekerheden zijn. 

We snappen het.

Een vrouw aanvallen omdat ze welbespraakt, geopinieerd, creatief, talentrijk en zwart is, is niet de oplossing. Het de-contextualiseren en de bewuste omkering van uitspraken en citaten die ze deed, is pervers en laag.

Laat ons het maatschappelijk debat voeren op de fora waar dat gevoerd moet worden, elk met de instrumenten die ons toebedeeld zijn.

Maar laat het racisme, de afbraakretoriek en het spelen op de vrouw achterwege.



Namens het hele team en bestuur van

Kunstencentrum KAAP